tekening: bange mens
De vraag of een digitaal archief duurzaam kan worden beheerd
is uiterst relevant, maar moeilijk te beoordelen. Digitale archieven zijn er
nog niet zo lang en inmiddels weten we dat wat digitaal is, in principe niet
duurzaam is. Informatie wordt opgeslagen op magnetische informatiedragers die
maar een beperkte houdbaarheidstermijn hebben. Dit betekent dat we moeten
organiseren dat informatie regelmatig wordt gemigreerd naar andere
informatiedragers. Digitaal archiveren is dus een kwestie van organiseren.
Digitale informatie kent vele bedreigingen. Zonder
dramatisch te willen doen is informatie slechts één password verwijderd van
degene die de informatie wil inzien. Hackers hebben aangetoond dat passwords te
kraken zijn. Steeds blijkt het mogelijk dat wat de mens als
beveiligingsmaatregelen bedenkt, door een andere vindingrijke mens kan worden
gekraakt. Zo is het, zo zal het blijven. Lees het boek “Komt een vrouw bij de
hacker” van Maria Genova en u zult schrikken hoe snel argeloosheid en naïviteit
worden bestraft.
De week dat ik deze column schrijf zijn wereldwijd weer
duizenden computers gegijzeld door cyberaanvallen met ransomware. Bestanden
worden dan versleuteld en wil je je gegevens terug, dan moet je betalen.
Al enkele jaren pleit ik in mijn lessen voor meer aandacht
voor microfilm. Ik voer daarin ook Brewster Kahle aan, die onlangs weer
waarschuwt tegen een 1984-scenario (http://bit.ly/2pKL7lV)
. “If we allow those who control the present to
control the past, then they control the future” zegt hij. Brewster Kahle, de
uitvinder van The Internet Archive, is al enkele jaren geleden begonnen met het
scannen van boeken en bewaart deze boeken, met een nummer om ze te kunnen
terugvinden, in zeecontainers. Waarom? Om te kunnen terugkeren naar de
basistekst, want er komt wellicht een tijd dat een President bepaalde teksten
naar zijn hand zal gaan zetten en wij niet meer weten wat een auteur
oorspronkelijk bedoelde. Wat is true en wat is alternate: het wordt nu al
steeds moeilijker om te onderzoeken wat waar is en wat onwaar.
Daar is een oplossing voor,
wat tekstbestanden en tekeningen betreft. We kunnen deze opslaan op microfilm
en ze via een standaardmethode bewaren. Microfilm heeft zijn bruikbaarheid
bewezen in het verleden. Het is gestandaardiseerd, compact, gaat 200 jaar mee
als het goed wordt behandeld en is over te zetten in elk toekomstig systeem. Er
zijn geen speciale versleutelingen voor nodig om de film te kunnen lezen,
buiten de inhoudsopgave van de film, die mee gekopieerd wordt op de eerste
beelden.
Het maken van een microfilm
is vele malen goedkoper dan het maken van erfgoedkopieën. Je kunt een film
laten maken aan de hand van de computeroutput die je maakt in een
digitaliseringsproces. Zo worden gegevens voor de toekomst veilig gesteld. Je
zou zelfs hele bestanden, die bewaard worden om het bewaren maar die nooit
worden geraadpleegd (en elke archivaris kan er wel aanwijzen) op microfilm
zetten en pas digitaal maken wanneer daarom wordt gevraagd: de film in een
machine zetten, digitaal maken en gebruiken, film terug in de kast. Scheelt
aanzienlijk in de beheerskosten om de digitale informatie bruikbaar te houden.
Alleen maar voor het geval
dat? We zouden microfilm als serieus medium moeten gaan meenemen in onze
overlevingsstrategie, die voor digitale informatie bitter noodzakelijk is.
Omdat digitale informatie weerloos is. En wilt u uzelf erin verdiepen dan zijn
hier twee aanknopingspunten: http://bit.ly/2refALp
, http://bit.ly/2repNau , maar op meerdere
plaatsen zie ik de belangstelling voor microfilm terugkomen.
Een citaat uit het eerste
document, het Digital Curation Reference Manual uit 2011: Drawing on risk
management perspective, this installment introduces the complementary role that
microfilm, in particular computer output microfilm (COM), can play within the
broad spectrum of the digital preservation domain.
En, met het mannetje dat u in de reclameblokken steeds
waarschuwt tegen huisinbraken: “ik blijf het zeggen hoor!”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten