Er is een mooie site over de geschiedenis van
het boek, www.boekenoudheid.nl . Je
moet even over het alfabet gaan met je muis om te zien wat er zoal behandeld
wordt.
Eén van de dingen die je er leert is dat papyrus
een jaar of zeventig meeging, waarna de tekst vervaagde. Daarom moesten teksten
steeds gekopieerd worden om bewaard te blijven. En nu zien we een mooie
analogie met de hedendaagse techniek, maar ook duidelijke verschillen.
Als eerste. Bij het handmatig kopiëren werden
door de kopiisten fouten gemaakt. Er werden woorden veranderd waardoor
verschillende versies van documenten ontstonden en het document door de tijd
heen veranderde. Dat zien we bijvoorbeeld aan de Dode Zeerollen, hoe die
afwijken van de huidige bijbelteksten. Ondanks de strenge regels voor het
kopiëren veranderden teksten, maar soms werden teksten ook moedwillig gewijzigd
omdat de strekking van de tekst niet paste bij de tijd.
Met andere woorden: er trad gegevensverlies op
bij het maken van de kopie.
Ten tweede.
Als je de site van boek en oudheid bekijkt, zie je dat mensen in de tijd
dat papyrus werd gebruikt, verschillende
kanalen hadden om informatie op te slaan. Zo werden er kleitabletten gebruikt
voor zakelijke transacties, wasplankjes voor informatie die niet zo lang
bewaard hoefde te worden. Een verschil met nu is dat we massaal voor het
digitale kanaal kiezen om informatie op te slaan en niet voor variëteit, want
immers of je nu Facebook, Instagram, What’sAp of een website gebruikt: het is
alles digitaal wat de klok slaat.
Ten derde: voor belangrijke informatie werd gezocht naar
het best houdbare materiaal. Toen keizer Constantijn opdracht gaf aan Eusebius
tot het vervaardigen van vijftig bijbels op perkament (dat was omstreeks het jaar 300) werden
daarvoor beroepsschrijvers ingeschakeld. De hoeveelheid perkament die hiervoor
nodig was kostte viereneenhalfduizend dieren het leven. Perkament was veel
langer houdbaar dan papier, dus de investering was op zich een goede zaak.
Dit brengt me wel tot de vraag of we de juiste keuze maken door de voor een
organisatie belangrijkste informatie uitsluitend digitaal op te slaan. Er zou
naar mijn idee een discussie moeten ontstaan over hoe we de belangrijkste
informatie nu eigenlijk gaan bewaren, de informatie die in selectielijsten vaak
als eeuwig of permanent wordt benoemd.
Er komt een tijd dat criminelen zo slim worden
dat zij digitale documenten naar hun hand kunnen zetten. Dit gebeurt nu al,
denk aan de spookrekeningen waarmee bedrijven worden bestookt. Er komt een tijd
dat criminelen wijzigingen kunnen aanbrengen in digitale informatie omdat ze
slimmer zijn dan degenen die de software maken om onze data te beschermen: niet
alleen bij banken, maar ook in belangrijke rapporten, eigendomsbewijzen,
overeenkomsten zal valsheid in geschrifte worden toegepast. Als dan alle informatie digitaal is, zal het
heel moeilijk zijn om het authentieke document nog terug te vinden. De situatie
die ik noem is niet denkbeeldig: wanneer de banksector al zoveel schade lijdt
dat zij deze gaat verhalen op de klanten is er nu al sprake van een zeer
zorgwekkende situatie: een schade die immers al in de miljarden loopt.
Een goed alternatief daarvoor is microfilm: hét
analoge medium dat bewezen heeft meer dan honderd jaar blijvend bewaard te
kunnen worden. Redenen hiervoor zouden de volgende kunnen zijn:
- - Computer output on microfilm is snel en eenvoudig te realiseren; ook eventuele indexen kunnen worden meegefilmd;
- - Microfilm is een gestandaardiseerd medium en apparatuur om te lezen is voorhanden of eenvoudig te maken (met een vergrootglas kun je al een tekst lezen);
- - De microfilm kan opnieuw worden ingelezen wanneer en in welk systeem dan ook. Zie als voorbeeld de microfiche reader, die ook gebruikt kan worden voor film;
- - Microfilm is goedkoop;
- - Microfilm is analoog, dus het verouderingsproces verloopt zeer traag en is gemakkelijk te controleren;
- - Microfilm is te bewaren in een kluis, die goed kan worden afgesloten. Veranderen van de microfilm is uitermate complex, moeilijker dan digitale data te veranderen.
Ik weet dat dit niet dé oplossing is, want hoe dan met audio
en beeld om te gaan- daar heb ik geen oplossing voor. Hiervoor zullen we
wellicht mooie voorbeelden kunnen halen uit de muziek- en filmindustrie. Het
gaat mij voorlopig om de besluiten die in documentvorm, in schriftuurvorm, zijn
vastgelegd, niet om de informatieobjecten die hun vorm en gedrag moeten behouden.
Ik pleit dan ook voor een studie naar het gebruik van
microfilm voor de opslag van alle documenten die te belangrijk zijn om kwijt te
raken. Via computeroutput on microfilm is dit eenvoudig en goedkoop te
realiseren en is er steeds een kopie die slechts met zeer grote moeite te
falsificeren is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten